Een boeiend bezoek aan Sint-Jacobskerk in Gent

De Sint-Jacobskerk bezoeken met twee gidsen houdt enkele verrassingen in. Dat konden wij beleven op zaterdag 17 oktober. 

Marc Beyaert, de eerste gids verwelkomt ons en laat ons plaats nemen in het koor. Hij schetst in chronologisch verloop de geschiedenis van de kerk die ongeveer 900 jaar oud is. Niet de kerk wel haar geschiedenis. In de loop der eeuwen werd de kerk immers meermaals verbouwd, deels uit noodzaak na verwoestingen, deels ook omdat men bij de tijd wilde blijven. De Beeldenstorm hield onder meer twee keer lelijk huis. Dat maakt dat er heel wat stijlen te bezichtigen zijn en dat maakt haar minder representatief voor een bepaalde periode.

Paul Sioncke neemt over en leidt ons doorheen het gebouw. Hij laat ons kennis maken met enkele kunstwerken van Gentse schilders. Hij staat uitgebreid stil aan de kapel van de Trinitariërs. Hij schetst de historiek van de broederschap en werpt een licht op het blanke slavendom. 

De triptiek van Michiel Coxie geniet grote bekendheid. Vooral de zijpanelen, opgesteld bij het koor, laten ons toe zijn talent van dichtbij te bewonderen. Coxie verbindt de Vlaamse primitieven met onze latere barokschilders. Hij was gefascineerd door Rafael en werd zelf één van onze grootste renaissanceschilders. Talent van een hoog gehalte.    

Er liep ook een tijdelijke tentoonstelling van Honoré d’O. Zijn installaties verdienen een aparte gidsbeurt.

Onze kleine groep kunstminnaars beleefde een voorzichtige maar verkwikkende namiddag in deze coronatijd.